's Morgens als het om 5 uur langzaam aan licht wordt, steekt Abel zijn hoofd over de rand van het stapelbed en zwaait hij naar beneden:"Hoi oma!" en als Luuk wakker wordt kruipt ie nog even slaperig bij mij in bed, hij is meer een knuffelaar dan Abel. Dat is zó'n dierbaar moment, dat warme lijfje tegen me aan, het roept herinneringen op aan de tijd dat ónze kinderen klein waren. Nog even de rust voor de hectiek van de dag begint.
Overdag barsten ze van de energie en nu Abel vakantie heeft en Luuk alleen van 7 tot 11 uur op school zit, zijn ze veel samen. Ze doen álles samen en niets zonder elkaar, er zijn drie stadia te onderscheiden.
samen zoet spelen of knutselen
waarna het volgende stadium al te voorspellen valt: geruzie, of zoals moeder Lies al bij ónze kinderen zei:"dat loopt op katjesspul uit!" (een uitdrukking die ik in mijn opvoeding niet heb meegekregen en waarvan ik niet weet of het een bestaande uitdrukking is).
Dát is het moment om in te grijpen, een passende oplossing wordt dan geboden door de trampoline. Zo springen ze de energie eruit en stoeien ze veelal verder, waarbij de ruzie vergeten wordt.
Deze weken wisselen Hanneke, Maarten, Melissa (de au pair) en ik elkaar af om brandjes te blussen en ruzietjes te sussen.
En dan is het vier uur: kijktijd tot we gaan eten om vijf uur - half zes en dan daalt de rust neer en staren ze alleen nog maar naar de televisie (en worden we weer knettergek van de tekenfilm geluiden!)
Na het eten is het voorlezen, pyamaatjes aan, tandjes poetsen en dan is het opeens stil en geniet ik moe maar voldaan na op de bank met een beker koffie.
PS Het zijn wel echt biologen-kinderen, welke 6 jarige noemt zijn knuffel David Attenborough?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten