Er heerst bij mij altijd wel wat onrust voordat de reis begint: onrustig slapen, broodje smeren, laatste spulletjes in de rugzak, op tijd zijn voor de trein, daarna nog wachten op een kil en tochtig perron op station Utrecht. De rust daalde pas neer toen ik Cecilia trof in de intercity naar Nijmegen.
De route begint bij de Stevenskerk in het centrum, die was gesloten in verband met corona, zodat we ons ook niet voor deelname aan komen melden.
We waren voorbereid op flinke wateroverlast, de grote rivieren hadden hoog water en waren flink buiten hun oevers getreden op de plaatjes op facebook vorige week. Gelukkig was het water al weer flink gezakt en was de route goed begaanbaar.
De ochtend liepen we met een grote slinger door de Ooijpolder, een gebied met grillige waterpartijen.
Het werd zulk prachtig weer dat na een half uur de jassen al uit konden!
We staken een rivierarm over met een trekpontje en verdwenen aan de overkant in het riet, waar we een heel stuk door de dikke modder heen moesten ploeteren, ik was blij met mijn stokken waarmee ik me overeind hield in die gladdigheid.
Cecilia heeft vastgelegd hoe mijn brandschone, splinternieuwe schoenen werden ingewijd, het nieuw was er gauw van af.
We lieten de polder en de rivier achter ons en liepen door heerlijk bos door een heuvelachtig landschap. Er werd met dit mooie weer flink gewandeld om ons heen, ook opvallend veel jonge mensen in deze coronatijd.
Ik heb in dit mooie gebied al mijn energie in de klimmetjes gestoken en heb er niet eens gefotografeerd! Aan het eind van de dag moesten we de Duivelsberg nog beklimmen terwijl de benen al zwaar werden.
We werden opgehaald door Angelique, een caminovriendin met wie ik in een groepje de Camino Portugués heb gelopen, zij woont iets verderop aan de route en heeft ons gastvrij onthaald met thee, taart, soep, een heerlijke maaltijd en ieder een eigen kamer met een heerlijk bed.
Dus nu lekker slapen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten