Beneden in de eetkamer (er zijn 5 kamers, waarvan slechts één ander bezet werd door Fabrice, onze redder in nood gisteravond) troffen we ons ontbijt. De eigenaresse en uitbaatster van de B&B houdt blijkbaar van prullaria, want die was er volop (Cecilia veronderstelt dat ze een hartstochtelijk liefhebster van brocantes moet zijn), ze bleek ook een vrouw van veel woorden, toen ze tijdens het ontbijt en praatje kwam maken was er geen woord tussen te krijgen en kregen we volstrekt nutteloze informatie over welke horeca er wel en niet wanneer open had moeten zijn en hoe vorige gasten met dat probleem waren omgegaan.
Na een tussenstop in de met 'leuke spulletjes' ingerichte hal, waar we onze schoenen aan konden trekken, liepen we verwachtingsvol naar buiten. Het was droog! Én het bleef droog!
Het was donker in de bossen en vooral nat en blubberig en daar hielden we de hele dag last van. Omdat het onnatuurlijk is, stap je nu eenmaal niet in enkeldiepe plassen en moet je dus voortdurend zoeken naar acceptabele plekken om je voeten neer te zetten én niet uit te glijden, zodat onze benen vandaag overuren maakten.
Ik ben weer héél blij met mijn stokken want het was toch vaak bergje op, bergje af.
Aan het eind van de ochtend begon de zon te schijnen en veranderde de hele omgeving als bij toverslag in een wereld met kleur, schaduw en diepte.
Moeder Lies maakt bij elke houdingsverandering geluid, als ze opstaat zegt ze "Oh Lies, Lies, Lies", ik erger me daar al járen aan, maar nu hoor ik mezelf, nu we best wel stijve kuiten en heupen hebben van het vele klimmen en dalen, óók "Oh, oh, oh" steunen als ik na een picknick in het gras opsta. Ik hoorde het Cecilia gelukkig óók doen, maar moet er tóch op gaan letten!
Vandaag passeerden we tijdelijk de grens met Frankrijk, het overnachtingsadres van morgen ligt daar ook.
Er zijn onderweg totaal geen voorzieningen: geen winkeltje, geen cafeetje, helemaal niets. Het was dus letterlijk weer een dag op water (in de veldfles) en brood (een droge boterham met kaas, meegenomen van de karige ontbijttafel).
Aan het eind van de dag kwamen we aan in het dorpje Torgny met prachtig gerestaureerde natuurstenen huizen zoals op de foto. Op internet had ik al gelezen dat er in de Gaume natuursteen wordt gewonnen en dat de huizen er hier door de warme kleur lieflijker uitzien dan de grijze granieten huizen met leistenen daken in de Ardennen.
We genoten in de namiddag nog van een zonnetje op het terras en aten in het restaurant onder de B&B een biefstuk met heerlijke Roquefortsaus.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten