Er stond koffie voor ons klaar, we kregen een gigantische ontbijttas mee en namen onze kussens uit de kamer mee de bus in. Hannah wist beslag te leggen op de achterbank en lag er languit te slapen.
We reden die uur lang door de Sahara woestijn en die zag er precies uit zoals je je dat voorstelt: zand zover je kijken kunt en hier en daar wat rotsen.
We zijn deze dagen zuidwaarts gevaren, tegen de stroom op van Luxor tot Aswan, waar de grote dam ligt, verder kunnen de cruiseschepen niet.
Ten zuiden van de dam (geopend in 1970) zie je op de kaart de enorme verbreding van de Nijl en wordt het water het Nassermeer genoemd.
De waterspiegel steeg nadien steeds verder, zodat hele Nubische dorpen onder water verdwenen en ook meerdere tempels langs de Nijl. Eind jaren zestig hebben ze een heel stel tempels in stukken gezaagd en naar hogere plekken verplaatst. Zo ook de tempel van Abu Simbel, die we vandaag bezochten.
We kwamen met een boog aanlopen en opeens doemden ze voor ons op, de vier enorme beelden van Ramses II, die de ingang naar de in de rotsen uitgehakte tempel vormen.
Scroll gerust door, want nu volgt een hele rits foto's van al dit moois. Eerst van buiten: