Moeder Lies had er een handje van, meestal was ik haar er dankbaar om, andere keren verwenste ik haar om haar bemoeizucht.
Ik ben zelf geen haar beter, zodra ik maar vermoed dat één van de kinderen iets wil hebben, begin ik al te Googelen waar ik het kopen kan en als ik denk dat ze ergens hulp bij kunnen gebruiken, kijk ik al in mijn agenda wanneer ik kan komen helpen.
Dus zodra ik er lucht van kreeg dat Suzanne haar oog had laten vallen op een stel tuinstoelen, bedacht ik dat dat een leuk verjaarscadeau zou zijn en kocht ik ze vanmorgen alvast, want zeg nou zelf, als je net een nieuwe huis mét een tuin hebt, dan kan je toch niet tot juli wachten voordat je er een beetje knap in kunt zitten!
Ik laadde meteen een bij mij overbodig geworden boekenkastje en een paar eerder beloofde plantenrekken in mijn autootje en reed ermee naar Utrecht. Onderweg haalde ik de door haar bestelde meterslange plinten op, die zij zonder auto anders niet thuis zou kunnen krijgen en reed, met grotendeels door de lading geblokkeerd zicht op alles wat rechts van mij bewoog, én met plinten die deels door mijn geopende rechter voorruit naar buiten staken, naar haar huis.
Het plan was om uit te laden, even een blik in huis en tuin te werpen en haar dan verder aan haar werk te laten.
Het liep echter helemaal anders.
Toen we stonden te praten over hoe ze van de rommel in haar tuin af moest komen om de nieuwe stoelen leuk neer te kunnen zetten, raakten we vanuit de tuin in gesprek met bouwlieden bij de buren. Ze boden aan dat we alle bouwafval uit haar tuin bij hen in de laadbak mochten gooien.
We sloopten met klauwhamer en schroevendraaier al het afgedankt houtwerk en sleepten de hele tuin leeg, zodat we na afloop voldaan een biertje konden drinken.
Ik geloof dat ze deze keer best blij was met mijn ongevraagde bemoeienissen!